‘Seize’

Het moet het voorjaar van 1972 zijn geweest. Een klein jaar daarvoor waren wij verhuisd van onze inwoning aan de Laakkade naar een zelfstandige grote parterre woning met een voor en een achtertuin. Al onze spaarcentjes hadden wij in de verhuizing en de inrichting gestopt en om voldoende geld te hebben en niet in de schulden te komen hadden wij ook onze eigen Simca 1000 verkocht.

“Kan ik straks even langskomen?”, vroeg mijn broer de politieman op een vrijdagmiddag door de telefoon. Mobieltjes hadden wij nog niet en al helemaal geen computer.
Bij mijn ja da’s goed vroeg ik mij af wat hij zou komen doen, maar dat bleef een verrassing. Een uurtje later kwam hij glimlachend binnen en overviel ons op een grandioze manier met de mededeling “ ik denk dat ik de ideale auto voor jullie heb gevonden. “Ga je mee kijken?”. Ik had beter moeten weten.

Een korte tijd later en na een korte proefrit was ik voor duizend gulden de trotse eigenaar van een schitterende Renault 16. Hij was goed gekeurd door meneer de politieagent. De verleiding bleek te groot.
Het was een licht blauwe ‘Seize’ die voor die tijd uiterst luxe en bijna futuristisch oogde. Hier kon je nog eens mee thuiskomen, dacht ik.

Binnen een aantal maanden had ik door dat mijn echtgenote daar heel anders over dacht. Nog maar nauwelijks financieel bekomen van de verhuizing en inrichting van het grote huis leek deze benzineslurper en onderhoudsgevoelige Francaise ons regelrecht naar een vorm van faillissement te leiden. Als iets een impuls aankoopje was dan was het wel deze prachtige luxe ‘Seize”.

Bijna 1 jaar later en na diverse kleinere en grotere reparaties kwam ik plotseling stil te staan op de weg naar huis. Met een slippende koppeling en een snelheid van niet meer dan 15 kilometer per uur kon ik met heel veel moeite de HAC-garage in de Radarstraat bereiken, waar de chef van de werkplaats met een ernstig gezicht mij vertelde dat “ dit niet best was !”. De koppelingsplaten en de drukgroep moesten worden vervangen en dat zou niet alleen maar een dure reparatie zijn maar ook een tijdrovend klusje. “Reken maar op een week ”, zo meldde hij . Ik durfde eigenlijk niet meer naar huis.

Een kleine week later, op zaterdagochtend om 9 uur (we lagen nog op bed) belde hij op. “De auto is klaar zo meldde hij en wilt u ook nog weten wat de rekening is?” Nou eigenlijk liever niet.
Een uurtje later stond de prachtige gewassen Seize klaar om mee te nemen nadat de rekening van 750 gulden door mij was voldaan.

“Als ik u was zou ik naar een andere auto uitkijken, want er komen nog een aantal noodzakelijke reparaties aan”, zo meldde hij mij met een knipoog. Oef ! “ Nog een fijn weekend”.

Nog diezelfde middag kochten wij een prachtige Morris MKII bij de Renault dealer. “Wat een mooie 16 heeft u daar”, stelde de verkoper vast waarna hij 1250 gulden bood. Wij hebben ons geen seconde bedacht en 1 week later reden wij trots als een pauw in onze nieuwe aanwinst.

Helaas zou die fraaie “Seize’ niet mijn laatste impuls aankoopje zijn.  Hij was wel prachtig maar vooral uniek in alle opzichten.

3 antwoorden op “‘Seize’”

  1. Wat een mooi ervaring verhaal.
    Tweedehands auto verkopers zijn een vervolg generatie van paarde handelaren, maar toen had je het voordeel dat je een paard in z’n mond( koos bek zeggen) kon kijken. Bij een teweedehands auto is dit veel moeilijker, dit probleem is nog steeds aanwezig.

  2. Mooi verhaal, Ernst! En heel herkenbaar. Mijn 16 jaar oudere broer deed mij 1974 – gratis! – een Austin Maxi cadeau. Erfstuk van zijn schoonvader. Luchtvering en notenhouten dashboard. Heel luxe voor een studentje. Nog voor de vakantie begon was ik echter 1.500 studentenguldens armer vanwege nieuwe remmen voor en achter, een nieuwe remcylinder en nog wat. En tot overmaat van ramp begon vlak voor de vakantie begon de uitlaat te knetteren…

    Nu wilde het feit dat mijn broer met twee flink opgroeiende kinderen in een Renault 6 met vakantie naar Engeland wilde en wij naar Frankrijk. Ik bel hem op en zeg: “Dat wordt best krap met die twee slungels op de achterbank. Wil je niet liever die Austin, dan neem ik jouw Renault wel. Hij hapte direct toe. Ik zei nog eerlijk: ‘Hou wel de uitlaat in de gaten’. Toen hij in Engeland de laadklep van de veerboot afreed kwam door de klap meteen de hele uitlaat eronder vandaan. Gelukkig vond hij in Dover direct een Austin dealer. Die moest je in Frankrijk met een kaarsje zoeken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *